Hoe meer ruimte het ego krijgt hoe gefragmenteerder de realiteit en de wereld om ons heen. In dit artikel een visie op de rol van het individuele- en groeps- ego op de creatie van conflict, tegenstrijdigheden en de groei van ongelijkheid en onbalans. Het belang van eenheidsdenken wordt uit de doeken gedaan. Door de dynamiek en het ontstaan van het ego beter te begrijpen is het ook makkelijker in te zien hoe de terugkeer naar het eenheidsdenken kan bijdragen aan harmonie, rust en stabiliteit voor de hele mensheid.
Ego versus totale mensheid
Om de creërende rol van “ego” in het huidige menselijk bestaan duidelijker te maken volgt hierbij eerst een voorbeeld dat een ieder van ons aanspreekt: ziekte. Hoe creëren onze gedachten en ons handelen met betrekking tot ziekte meer en intensere ziekten? Om dat te begrijpen moeten we het thema breed trekken, dus niet alleen kijken naar ons individuele lichaam maar naar de mensheid als geheel. De individuele mens ziet ziekte als een onbalans, een situatie die vanuit zijn/haar persoon opgelost dient te worden, om het eigen “normale” leven voort te kunnen zetten. Dat verlangen zet de onderzoekende geest van de mens inwerking en die creëert vervolgens bijvoorbeeld nieuwe antibiotica. Door deze oplossing wordt een bepaalde groep mensen binnen een bepaald tijdvak geholpen. Daarna ontdekt de mens al snel dat de bacteriën zich aanpassen, nieuwe wegen zoeken, zich versterken, resistent worden en hun capaciteiten als bacterie (denk aan besmetting, groei, enzovoorts) nog meer ontwikkelen. Nieuwe ziektes ontstaan, de onbalans is verschoven van de ene persoon naar de ander. De “ik” (en de groep waar zij toebehoort) die het probleem constateerde is misschien wel ziekte vrij, de ziekte is echter ergens anders zichtbaar geworden en lijkt nog “hardnekkiger”. De ziekte is doorgeschoven van de ene groep naar de andere, van de ene generatie naar de volgende, van het ene ego naar het andere ego.
Dit proces van oplossingen vinden voor een probleem waardoor tegelijkertijd het probleem in zijn totaliteit groeit is overal terug te vinden…. Het aantal hongerige mensen neemt toe, het aantal mensen dat overlijdt aan kanker wordt groter, het aantal slachtoffers ten gevolgen van terroristische aanslagen neemt hand over hand toe. Hoe hard de mens ook zoekt naar oplossingen zij lijkt dit soort problemen niet te kunnen tackelen.
Waarom lijkt deze manier van probleem oplossen averechts te werken? We hebben zoveel kennis, zoveel wijsheid, zoveel wetenschap. We tonen zoveel inzet en hebben (vanuit ons menselijk individuele perspectief) zoveel wil en verlangen om oplossingen te vinden en op een constructieve manier bij te dragen aan een nieuwe/andere werkelijkheid.
Het zien van problemen en het willen oplossen daarvan voor “onze” mensen geeft naar mijn idee onder ander aan, dat de mens eigenlijk haar onbegrensde en ongekende capaciteiten niet kent. Elk probleem, hoe klein ook, wordt geboren vanuit ons eigen begrensde denken, onze individuele gevoelens en de manier waarop onze energie die wij “zelf” noemen de wereld ervaart.
Een gesimplificeerd voorbeeld: Mijn akkers hebben geen water en ik verleg de loop van een beek om water naar mijn land te doen stromen. Vanuit mijn individuele energie is het probleem opgelost, mijn planten gaan weer groeien. Ik als individu was creatief genoeg om een oplossing te vinden, ik, als creatief wezen was de creator van mijn nieuwe werkelijkheid. Met mijn individuele oplossing heb ik echter voor anderen een probleem gecreëerd. Wanneer we als eenheid hadden gedacht hadden we misschien een overkoepelende oplossing kunnen bedenken door het gezamenlijk aanleggen van een waterbekken, een systeem om regenwater op te vangen of een irrigatiesysteem te ontwerpen. We zetten onze uitmuntende capaciteit om te creëren door ons individuele denken op een individuele manier in, door de afstand naar het eenheidsdenken hebben we geen contact meer met het gezamenlijke/eenheid’s creërende wezen dat we samen zijn en dat tot grootsere en allesomvattende oplossingen zou kunnen komen.
Het ego heeft onze capaciteiten dus aanzienlijk beperkt. Het individuele rationele denken is de laatste 2000 jaar enorm gegroeid en het individualistisch denken heeft het eenheidsdenken overstemt. Waar de mens eerder handelde op basis van de eenheidziel waarbij individuele zielen bijdroegen aan de totaliteit wordt er nu gehandeld vanuit de enkeling, eigenbelang en individuele groei, ook al gaat dit ten koste van de ander, ook al gaat dit ten koste van de groep en de eenheid. Onze overmatige aandacht voor het individu en onze eigen energie en proces zorgt ervoor dat we eigenlijk de verbinding met de essentie van het leven zijn verloren en daarmee het leven als zodanig niet meer ervaren. We ervaren min of meer het leven van één cel uit een meercellig organisme. We ademen niet meer mee op het ritme van de eenheid maar zoeken naarstig naar manieren om zoveel mogelijk zuurstof naar ons zelf, ons gezin, ons volk en ons land toe te trekken.
Het bewustzijn van de mens is gereduceerd tot het bewustzijn van een enkel lichaam, van één enkele gedachtestroom, van een enkel cluster van gevoelens, van een enkele behoefte. Daardoor is de afstemming op andere bewustzijnslagen vervaagt en minder toegankelijk geworden. Tegelijkertijd zijn hierdoor de problemen op het menselijke niveau groter geworden, zij zijn door ons individuele denken versterkt en meer aanwezig (zie het voorbeeld zoals hiervoor beschreven). Het feit dat de mens meer en meer is gaan handelen vanuit het individuele ego heeft dus meer en diverse problemen gecreëerd. Het feit dat ons bewustzijn momenteel vooral denkt vanuit het ego en niet de eenheid heeft de mens kwetsbaar gemaakt. Maar hoe werd er eerder over dit thema gedacht? Hieronder een korte uiteenzetting over eenheidsdenken bij de Egyptenaren en de aller eerste christenen.
Eenheidsdenken uit de oudheid
Het Engelse woord “thought” is verbonden met Thoth. Volgens de Egyptenaren is de energie van Thoth verbonden met de creërende gedachte. De Egyptische mythologie draagt de gedachte uit dat de wijsheid van Thoth verborgen ligt in elk mens en dat zij slechts boven komt wanneer zij zich verbindt met het eenheidsdenken. Slechts eenheid gaf volgens de Egyptenaren de mens toegang tot deze ongelimiteerde bron van wijsheid.
Het is hierbij van belang te weten dat het vinden van wijsheid niet om een individueel proces gaat, juist niet. Wij denken in het nu zoals we haar momenteel ervaren vanuit ego, vanuit afgescheidenheid maar dat is niet altijd zo geweest. Zolang wij individuele toegang tot de universele wijsheid zoeken en individuele “verlichting” nastreven is het naar mijn idee niet mogelijk te groeien en tot bloei te komen. Niet onze individuele groeiproces moet de drijfveer zijn voor de energetische activiteiten die wij ondernemen, maar het menselijk ontwaken als geheel, voorbij ons eigen menselijke tijdskader (óók leven) en voorbij ons individuele menselijke bewustzijn.
Volgens de Egyptenaren creëerde de wijsheid van Thoth slechts lijden voor elk individu dat toegang probeerde te krijgen tot deze wijsheid. Maar let wel: het creëert lijden voor elk individu dat zich deze kennis probeert toe te eigenen en het voor eigen belang, gewin en groei probeert in te zetten. De oude Egyptenaren gingen ervan uit dat universele wijsheid die op een individuele manier wordt ingezet gevaarlijk kan zijn en tégen het geheel werkt (klinkt bekend hé). Op dit punt kan overigens een hele duidelijke parallel worden getrokken met de christelijke leer. Adam en Eva leefde in het paradijs totdat zij als individu toegang probeerden te krijgen tot de kennis van goed en kwaad. Zij probeerden immers een deel van de levensboom tot zich te nemen (de appel). De vanzelfsprekende rust en harmonie waarin zij leefden werd verdrongen door de wens om over individuele kennis te beschikken.
Net als bij de Egyptenaren wordt in het christelijk geloof dus het individueel toe-eigenen van universele kennis en wijsheid gezien als basis voor lijden . De mens is dus door zijn streven naar individuele wijsheid, groei van het individuele zijn (ego) en de hiërarchie die zij heeft ontwikkeld (ik ben meer waard dan jij) meer en meer losgeraakt van de totaliteit. De illusie van het zelf als afgebakende eenheid en onze verwoede pogingen om die illusie in stand te houden heeft ons van de totale eenheid verwijderd.
De creërende rol van het ego in het nu
Nooit eerder had de mens toegang tot zoveel kennis, maar naar mijn idee zijn we tegelijkertijd nooit zo beperkt en onwetend geweest met betrekking tot wie en wat we zijn. Bovendien zien we niet, dat door het “aanwakkeren” van het ego we uiteindelijk lijden veroorzaken. Ons individuele denken en de acties die daaruit voortvloeien, hebben de wereld zoals wij haar kennen gecreëerd. Het ego labelt immers wat goed en kwaad is, het ego beslist immers waar zij op individuele gronden voor wil gaan. Het ego ziet de grens tussen “ik” en “hij”. Het ego ervaart het verschil tussen “mijn” en “jouw”, tussen man en vrouw, tussen mens en natuur, tussen het interne en het externe leven. Zonder dit onderscheidend handelen van het ego zou conflict niet eens bestaan, omdat de focus van het individu dan niet zou bestaan en alle energie zich zou inzetten voor de eenheid. De crisis in de wereld reflecteert daarmee eigenlijk de crisis in een elk van ons. Ons streven naar het bevestigen en de groei van ons ego zorgt ook voor een versterking van het ego van de verschillende groeperingen in de wereld. We identificeren ons met grenzen en niet met het grenzeloze. Godsdiensten, naties, rassen, politieke partijen en groeperingen hebben grenzen nodig, zij ontlenen daar immers hun bestaansrecht en identiteit aan. En individueel bestaansrecht is ook wat alle mensen meer en meer lijken te zoeken, daarom voelt de individuele mens nu zo de noodzaak om bij een groep te horen. De groep versterkt ons ego en ons gevoel van “zijn” op basis van de grenzen die de groep hanteert. Het ego (of dit nu individueel is of van een groep, gedachtegoed of land) creëert grenzen en grenzen creëren het ego.
Er is momenteel veel conflict en een van de oorzaken is naar mijn idee het feit dat er momenteel een grotere diversiteit aan uiteenlopende gedachtengoederen (lees ego’s) op aarde aanwezig is dan ooit tevoren.
Wanneer elk mens zijn gedachten, gevoelens, gedragingen en reacties weer leert begrijpen vanuit eenheid en weer leert te creëren vanuit eenheid, voorbij de grenzen van de verschillende lagen van ego kan de mens weer autonoom worden. Op die manier kan elk mens zijn of haar plek in de totaliteit hervinden. Misschien zal een ieder die in dit tijdvak aanwezig is de kentering naar eenheidsdenken niet meer meemaken. Wij kunnen echter wel weer onze plek innemen in het totale organisme, zodat we bijdragen aan deze noodzakelijke verandering. We kunnen een aanzet geven, uitstijgen boven het menselijk ego. Wanneer we dat doen zullen ego gedreven processen (die momenteel terug te vinden zijn in de politiek van bijna elk land, in godsdiensten en industrie) jouw denken en doen en laten niet meer beïnvloeden. En wanneer jij begint te leven van uit je eigen serene harmonische eenheidsbewustzijn geef je een aanzet tot verandering, geef je een aanzet tot eenheidgroei.