De kerstboom vind zijn oorsprong bij de volken uit het noordwestelijke halfrond, lang voor de Christenen de boom claimden als symbool voor de geboorte van Jezus. De periode na 21 december luidde het zonnewendefeest in, dat in die tijd gevierd werd met het branden van vuren en later ook van kaarsen. In die tijd bestond het leven voornamelijk uit het telen van gewassen en veeteelt. Met het zonnewende feest begroetten en vierden zij de komst van het licht van de zon die gedurende de maanden daarvoor bijna of geheel niet aan het firmament zichtbaar was. Dat was een periode van rust wat betreft hun werkzaamheden op het land. En zo was dit feest het begin van het nieuwe jaar, waarbij de Zon, als symbool voor de zuivere geest werd begroet en men zegen vroeg voor een goede gezondheid en oogst voor het komende jaar. Ieder volk had zo zijn eigen symbolieken en gewoonten rond die tijd,maar het vuurfeest stond centraal.
Wanneer de kerstboom precies zijn intrede deed weet ik niet, maar met de komst van het Christendom in de loop van de eeuwen over de noordwestelijke landen en met de culturele ontwikkelingen naar een steeds meer stads leven deed de kerstboom zijn intrede.
Kerst komt van het werkwoord kerstenen ,wat betekent bekering, omkering. Van duisternis naar het Licht.
De symboliek van de Kerstboom
De Spar en Dennenboom staan symbool voor de eeuwigheid, daar ze altijd groen zijn.
Ze groeiden oorspronkelijk op de grote hoogte van de bergen, daar waar loofbomen niet kunnen gedijen. Ze hebben weinig water nodig en kunnen uit de schrale bodem nog voedsel halen. Vanuit deze ontberingen ontwikkelen zij hun grootste kracht. Symbolisch staan ze in relatie tot de planeet Saturnus. De planeet die regeert over het beendergestel en de haren, om het lichaam van structuur te voorzien gedurende de evolutie. Psychologisch over het begrenzen en beperken en zelfs ontberingen doorstaan om een bepaald doel te bereiken. Positief geeft ze een doorsettings vermogen en taaiheid, negatief leidt het tot kristallisatie en dood. Zo staan deze bomen symbool voor opbouwende karaktereigenschappen. Ook hebben deze bomen veel te bieden aan de mens zoals terpentijn, hars, teer, pijnolie en dennensiroop welke een geneeskrachtige werking heeft op de luchtwegen.
De versiering als symbool voor de levensweg van de mens.
Slingers in de boom staan voor de levensweg die de mens gaat, geen recht pad maar slingerend in spiraal vorm. Onder in de boom hangen traditioneel de kabouters, elfen en de dieren als symbool voor de krachten van de aarde. Ze zijn gerelateerd aan de nog magische archaïsche mens en zullen gedurende de evolutie omgevormd worden tot zelfbewustzijn en talenten. Deze worden gesymboliseerd door de ballen en de lichtjes. De ballen zijn de vele incarnaties in de menselijke vorm van de ziel, die hier op aarde zijn ervaringen opdoet en daardoor steeds meer Zelfbewust wordt. De lampjes zijn de richtingaanwijzers, waardoor de weg verlicht wordt en de mens door zijn ervaringen groeit in wijsheid. Uiteindelijk zullen alle lichtjes samen opgaan in een Licht dat de mens zijn ware Zelf doet kennen. De Engelen in de boom zijn de helpers op het pad, zij helpen de mens zijn (ge)weten te vormen,wat tot compassie en onvoorwaardelijke Liefde leidt.
Het snoepgoed is het hemelse zoet dat de mens smaakt als hij/zij bewust wordt en dankbaar is voor het inzicht. Het is daarom dat de mens gek is op zoet,want onbewust herinnert hij/zij zich zijn hemelse staat. Nadat de mens na vele incarnaties alle menselijke ervaringen heeft doorgemaakt zal hij/zij zich herinneren wat zijn ware thuis is en zal alles in het werk stellen om de daar naar toe te gaan. Dit wordt gesymboliseerd door de piek. Dit is een bol met een pijl die naar de kosmos wijst. De bol is symbool voor het verzamelen en synthetiseren van alle ervaringen en inzichten gebruiken voor het éénpuntige bewustzijn die de weg naar de Bron zal begeleiden.
Een geïnspireerd en Licht Kerstfeest toegewenst!
Geschreven door Diana van Doorn.