Ik was zes jaar oud toen ik voor een Grote Kerk stond te kijken naar de mensen die wel naar binnen gingen. Een van de drie kerken die me minstens iedere zondag te vroeg wakker luidde. Ik vroeg me af waarom in hemelsnaam mensen naar een man (vrijwel altijd een man) gingen luisteren die ze vertelde wie God was, wat ie dacht en, veel erger nog, van de mens wilde. Een straffende God waar je bang voor moest zijn, plus een meneer die dat uitlegt en jouw zonden controleert. Het ging er bij mij intuïtief niet in. Maar bij een boel anderen wel. Daarom heb ik sindsdien alle religies wél zeer gerespecteerd maar nooit omarmd als mijn waarheid. Ik zoek mijn antwoorden liever in mezelf.
Inmiddels 44 jaar later, ik sta opnieuw voor een Hele Grote Kerk. De Kerk van Kunstmatige Intelligentie met een religie van Ratio en Wetenschap. Haar dominees prediken wereldwijd luidkeels en goed georganiseerd corrupte wetenschappelijke sociaaleconomische modellen waarmee alleen de allerrijksten ontzettend veel rijker worden, en hebben terloops kunstmatige intelligentie tot nieuwe en enige Messias verklaard. God heeft nooit bestaan in dit gebouw, dat zie ik direct. Als voortschrijdend inzicht van de uiterlijke weg van `de kerk` wiens businessmodel duizenden jaren predikte dat we God niet in onszelf konden vinden en ons angstig moesten onderwerpen aan zijn wil.
Veel van de kerkgangers van mijn jeugd en de meeste van hun kinderen zijn al lang overgestapt naar deze andere Kerk die absolute waarheid, eenheid en bescherming beloofd maar ondertussen God, privacy en menselijkheid met al haar creativiteit en emoties vakkundig en rechtlijnig uit het hart van de mens wist. Deze kerk die ook met angst voor zonde controleert. Onderwerping afdwingt, letterlijk op eigen kosten van haar leden. Deze keer totale, wegens het voortschrijdend inzicht van gevoelloze goddeloze kunstmatige intelligentie en haar pausen en dominees.
Ik kijk nog eens goed naar deze kerk en besef dat ook hier respect voor deze religie, zelfs liefde voor haar pausen, dominees en al haar kerkgangers nodig is om mijn realiteit te transformeren tot één waar ik God en vrede in mezelf kan vinden. Een realiteit waar ik me realiseer dat ik zelf, in verbinding met anderen, een leven vol overvloed kan creëren, denken en dromen. Omdat ik weet dat eenheid niet ontstaat uit uniformiteit maar juist uit diversiteit. Omdat ik weet dat alleen onvoorwaardelijke liefde het donker kan doen herinneren dat het uit liefde geboren is. Omdat ik weet dat ik zelf alleen maar onvoorwaardelijke liefde kan zijn als ik deze kerk en al haar aanhangers onvoorwaardelijk lief heb.
Ik realiseer me ook dat dit is wat deze kerk het meeste vreest. Onvoorwaardelijke liefde in de harten van mensen en de verbinding die we van nature ervaren. Die genadeloze kerkklokken zouden wel eens meer mensen kunnen doen ontwaken dan ze aankunnen.
Ondertussen zoek ik mijn waarheid liever in mezelf.