Je ziet er ondertussen overal, bij een concert, sportwedstrijd, toeristische trekpleister, of zelfs ergens zo gewoon als in de trein: er is altijd wel iemand die een ergens een foto van neemt.
Dat komt natuurlijk grotendeels omdat de meesten van ons tegenwoordig een kleine en krachtige camera in onze broekzak meedragen. Toch lijkt er meer aan de hand te zijn. Het is op een gegeven moment populairder geworden om dingen vast te leggen en later terug te bekijken, in plaats van gewoon de gebeurtenis zelf waar te nemen of er aan deel te nemen.
Maar is deze beslissing om vast te leggen wat we zien beter of slechter voor onze ervaring?
Logisch bekeken lijkt dat laatste het geval, aangezien je handeling om iets vast te leggen ten minste een deel van je aandacht vraagt. Maar een recent onderzoek lijkt het tegendeel te suggereren… in ieder geval in sommige gevallen.
Een onderzoek uit het wetenschappelijk tijdschrift Journal of Personality and Social Psychology wijst uit dat de meeste mensen zich meer betrokken voelen bij de activiteit als er ook gefotografeerd werd.
Het onderzoek werd uitgevoerd door Kristin Diehl, Gal Zauberman en Alixandra Barasch, allemaal onderzoekers met PhD. Ze keken naar meer dan 2.000 deelnemers, die deelnamen aan negen verschillende experimenten, waarin elke keer een deelnemer wel of geen foto’s mocht maken bij een activiteit.
Het ging om activiteiten zoals een bustour, eten in een cafetaria, een virtuele safari en het bezoeken van een museumtentoonstelling. Na afloop werden de deelnemers gevraagd een enquête in te vullen over hun plezier en betrokkenheid bij de activiteit.
De onderzoekers concluderen dat fotografie in veel gevallen zorgde voor meer betrokkenheid, wat weer een belangrijke factor was voor het algemene niveau van plezier. Dit gold met name voor het experiment waarin deelnemers een museum bezochten met gidsboekje. Ze droegen brillen die hun oogbeweging in de gaten hield. Mochten de deelnemers foto’s nemen, dan besteedden ze meer tijd aan het bekijken van de artefacten, wat de gehele activiteit uiteindelijk plezieriger maakte.
Anderen lazen ook: Fotograaf verwijdert alle telefoons uit zijn foto’s om te laten zien hoe verslaafd we zijn geworden.
Wel waren er ook wat uitzonderingen op deze algemene conclusie:
- Fotografie zorgt niet voor meer plezier bij activiteiten die actieve deelname vereisen, zoals het maken van kunst.
- Fotografie vermindert plezier voor degenen die gevraagd werden momenten van de virtuele safari vast te leggen, met name momenten die afkeer teweeg kunnen brengen.
Dit experiment zorgt voor wat nuance in wat een heel simpel en duidelijk voorbeeld lijkt van verminderde betrokkenheid met onze eigen levens en ervaringen.
Een mogelijke verklaring
In een poging wat diepte aan dit onderzoek toe te voegen, heb ik een mogelijke verklaring bedacht voor waarom fotografie zo’n essentieel deel van ons leven is geworden. Naast de mensen voor wie fotografie een passie is, denk ik dat de meesten van ons overal foto’s van nemen uit onzekerheid.
Gewoon zijn wie we zijn is niet goed genoeg, de dingen die we doen moeten ook aan het licht komen: het is haast alsof er niets gebeurd is totdat iemand anders erkent wat we hebben gedaan. Onze sociale media stellen we met veel moeite samen, zodat we op elke foto iets spannends doen en er fantastisch uitzien. Hoe vaak zie je een foto met de gewone dingen in ons leven?
Zouden we deze foto’s alleen maar nemen en plaatsen in de hoop dat we er zelfvertrouwen van krijgen? Of ga ik nu te ver met deze theorie? Ik hoor graag wat jullie hier over denken, dus deel ze alsjeblieft in een reactie hieronder!